Over mij

Maurice Wiedenhof

Van wie ben jij er een?

Ik ben geboren in Den Haag, de Bomenbuurt, in 1968. De naam Wiedenhof is Duits  maar mijn vader komt uit Nederlands Indië. Mijn moeder is een Fieret, uit de Dirk Hoogenraadtstraat in Scheveningen. Ik kom niet uit een kunstenaarsfamilie. Op mijn 18e begon ik in het Haagse amateurtoneel en had behoorlijk succes. Ook volgde ik workshops, masterclasses van De Appel en Orkater. Waar ik het gevoel voor theater vandaan heb, is onduidelijk.  Ik kon al wel goed de clown uithangen, mogen mijn ouders graag zeggen na mijn voorstellingen.

Wist je altijd al dat je theatermaker zou worden?

Nee, als laatbloeier heb ik nooit geweten waar het heen moest. ‘Pas’ op mijn dertigste wist ik, dat ik niet tot mijn pensioen bij Verkeer en Waterstaat wilde werken. Ik besloot met acteren mijn brood te verdienen en naar de toneelschool te gaan. Van alle audities die ik deed, vond ik  het bij de Amsterdamse Theateracademie het leukst. Ik nam ontslag bij het ministerie, ik deed auditie bij Theatergroep Drang en werd uiteindelijk productieleider voor hun productie Jubileum van George Tabori.  Zo begon in 2002 mijn carrière in het ’theater’.

In 2007 studeerde ik af als Zelfstandig Uitvoerend Theatermaker met mijn solo Niet noodzakelijk in die Volgorde. De titel komt trouwens uit de claus “Het leven heeft een begin, een midden en een einde, maar niet noodzakelijk in die volgorde” van voornoemd toneelstuk Jubileum. Met mijn nieuwe carrière, was ik opnieuw tot leven gekomen.

Door wie of wat wordt je geïnspireerd?

Ik ging al vaak naar Toneelgroep De Appel, en ik kreeg het boekje -ik geloof na een workshop ofzo-  ‘De Vos en de broedende Vogel’ van Erik Vos, regisseur en oprichter van De Appel.  Dat vond ik echt mooi hoe hij met acteurs werkte en toen zag ik het licht. Zo bouw je dus aan een rol, kijk je naar een stuk en beweeg je in de ruimte. Ik heb verder erg goed gekeken  hoe educatieve  jongerenproducties werden gemaakt bij Theatergroep Drang en bij Alba Theaterhuis.  En ik vergeet nooit het intense spel van Jan Decleir, als Risjaar Modderfokker III in  Ten Oorlog,  van de Blauwe Maandag Cie. Ik bewonderde Eric Schneider van De Appel in Minetti. Als ik ouder ben wil ik deze zelf spelen.

Is het leuk om met jou te werken als regisseur?

Ha tja.. of ik leuk ben…It happens dat ik veel werk in het amateurtheater. Als ik geinspireerd ben, dan ben ik uiteraard niet te stuiten. Beeld, muziek, speelwijze alles komt voorbij. Tijdens het repetities ga ik heel erg op in het moment.  Ik stuur op toon gevoel intenties, wil graag dat spelers de tekst beleven, voelen, tegenspel geven, met het mes op tafel spelen. Ik gebruik er muziek bij, misschien al toneellicht. Ik  geef de acteurs ruimte te werken aan eigen interpretaties van hun rol en onderzoek doen.  De ene speler vindt die vrijheid leuk ‘laat mij even’, de ander wil precies weten wat ie moet doen ‘wat wil je nou?!   Soms heb ik geen idee wat die schrijver nou wil, en dan ga ik met spelers op zoek.. Ik heb diep respect voor de spelers in het amateurcircuit. Ik ben geen tiran,  zo’n stampvoetende regisseur die dreigt met weglopen als er geen resultaat is. Dat heb ik echt een keer meegemaakt, zo belachelijk.  Maar ik verwacht wel dat spelers hun werk doen, niet domweg je tekst erin stampen, maar analyseren, werken aan rol opbouw, studeren, voorbereid op de repetitie komen.  Dan heb je met mij een superleuke repetitie periode.

Hoe begon je met lesgeven?


Naast de verschillende acteerklussen, kwam ik er in de academie tijd wel achter, dat ik ook wat achter de hand moest hebben. Dus begon ik met mijn workshops Method Acting, De Vier Elementen en Improvisatie. Gelukkig maar, want de bezuinigingen van Halbe Zijlstra destijds hakten erin.  Lesgeven ging mij natuurlijk af, ik werd er echt goed in.

Zo kwam ik  in 2005  in het voortgezet onderwijs terecht. Ik werkte op stevige VMBO scholen, met ruwe diamanten uit de Schilderswijk en Schiedam-Noord. Naast de basics van het acteren, maakte ik met de leerlingen  toneel a.d.h. van thema’s als sexualiteit, discriminatie, uithuwelijking, haat en liefde. Ook gaf ik les bij FaFa International Showdance & Musical Den Haag, Trias Cultureel Centrum in Rijswijk en Theaterschool Het Nest in Zandvoort.

Wat was je mooiste toneelwerk?

Ik denk wel eens dat ik mijn mooiste werk in het dramalokaal met jongeren heb gemaakt.

Checkpoint! 2.0 is mijn eerste serieuze regie die nog altijd het dichtst bij mijn makers profiel zit. De laatste jaren stond ik bizar veel voor de klas, bij meerdere scholen, en probeerde ik dit te combineren met toneelproducties maken en zelf spelen. Tussen 2014 en 2018 was ik erg actief bij popkoor Timeless als regisseur/creative en ik speelde een hoofdrol in De Driekoppige Adelaar en Archie Todd van Olaf Pieters.

“Ik wil nog heel graag Decadence van Steven Berkoff doen, dat moet echt een fysieke voorstelling worden. Bloed van de Hongerlijers en Fool for Love van Sam Shepard. Hier moet mijn mooiste werk tussen zitten”.

Na zijn open hart operatie in 2019, beleeft hij eindelijk zijn ‘comeback’ in 2022:  hij regisseert De Belofte van Haye van der Heijden, en komt dit zelfde jaar zijn volgende regie uit Het Hoogste Woord van oud parlementariër Bob van den Bos, bij Stichting Politiek Theater. In 2023 komt hij uit met De Twaalf ook weer een productie voor Plankeniers

 

Driekoppige Adelaar 2017
regie voor TG Wats Den Haag
regie voor TG Wats Den Haag